Selecteer een pagina

“Mevrouw H., ik kan uw aanvraag meerzorg op dit moment niet goedkeuren. We gaan aanvullend onderzoek doen naar het declareergedrag van uw zorgverlener en u krijgt op korte termijn een huisbezoek.” Alle lampen in mijn hoofd gaan uit en met verstikte stem van de enorme brok in mijn keel gooi ik de dame van het zorgkantoor aan de andere kant van de lijn allerlei verwijten voor haar voeten. Ik ben zo ongelofelijk kwaad om haar veroordelende woorden, haar valse beschuldigingen en haar achterdochtige regeltjesziekte. “Ik hang op, ik hoop dat u vanavond wel lekker slaapt”, sluit ik het gesprek af om vervolgens in lange uithalen mijn verdriet de vrije ruimte te geven. Tegenover me zit dochter, met wie ik aan het lunchen ben en die zo voor haar eerste tentamen richting school vertrekt. “Gaat het mams?”.

Ons leven was voor mijn diagnose al niet bepaald zorgeloos. Bijna twaalf jaar geleden werden wij ouders van een schattig jongetje met een scala aan medische problematiek. Van zijn eerste zes levensjaren bracht hij zo’n acht maanden per jaar door in het WKZ. Door de jaren heen leerden wij omgaan met zijn sonde, port-a-cath, epileptische aanvallen, dalende bloedsuikers, stollingsproblematiek, verstandelijke beperking, de acht medicijnmomenten per dag, zijn soms onhandelbare gedrag, rijden met een rolstoel en het 24-uurstoezicht. We moesten wel. Toch moest er gewerkt worden en zo kwamen we terecht in de wereld van de kinderthuiszorg en de medische kinderdagcentra. Na wat omzwervingen leken we sinds een jaar of vier een goede afwisseling te hebben gevonden door te werken met een vast team van drie verpleegkundigen/begeleiders voor thuis en een kinderdagcentrum in Zeist. Deze constructie paste het best in ons gezinsleven en onze toch al aangepaste idealen.

Je kunt je voorstellen dat op het moment dat ik mijn diagnose kreeg ik ons zorgvuldig opgebouwde kaartenhuis ineen zag vallen. Door het werk van de echtgenoot was ik de belangrijkste steunpilaar en die viel om. Zo’n ziekte brengt een hoop angst met zich mee. Angst om dood te gaan en mijn kinderen achter te moeten laten. Hoe moest dat dan met zoon, wat zou er met hem gebeuren. Het kostte me heel wat nachten slaap. Gelukkig waren daar onze kinderverpleegkundigen die meedachten en nog meer te hulp schoten. Na mijn chemobehandeling brachten zij de nachten met hem door terwijl ik mijn maaginhoud in een emmer leegde en niet uit mijn ogen kon kijken. Overdag namen zij hem mee zodat mijn chemohoofd zijn gegil van plezier bespaard bleef. Sowieso snapte hij niets van zijn kale moeder die onder haar dekbed lag te creperen.

Na mijn operatie waren deze dames er om mij te helpen met de verzorging. Al die keren dat ik weer naar een afspraak moest in het ziekenhuis en er geen rekening werd gehouden met zijn thuiskomsttijd vingen zij hem op, zorgden voor stabiliteit in zijn leven in een wereld waar opeens alles anders was.

Met het PGB-budget kwam ik dit jaar niet uit. Daarom kwam de aanvraag meerzorg. De wereld van de bureaucratie staat nooit stil dus zo pleegde ik met mijn kale hoofd en drains, in een luipaardentasje naast mij, telefoontjes. Regelde alle gevraagde stukken; onderzoeken door een gedragstherapeute, zorgplannen, een verklaring van zijn hoofdbehandelaar etc. Hoe krom, er moest bewezen worden dat zoon meer zorg nodig had terwijl mijn ziekte eigenlijk de aanleiding was en ik niet toekwam aan zorg leveren. De aanvraag liep sinds september, maar door allerlei hordes die genomen moesten worden en toezeggingen waarvan de uitvoering toch niet helemaal gedaan werd zoals beloofd, kwam gisteren het zoveelste telefoontje, met een nare conclusie.

In plaats van een goedkeuring voor meerzorg gaat die aanvraag aan de kant en komt er een onderzoek naar het gedeclareerde nachttarief en de teveel achter elkaar gewerkte uren van een van onze verpleegkundigen. Sterker nog, men zag door dit alles aanleiding om eerdere jaren opnieuw onder de loep te gaan nemen.

Een hardwerkende, kundige vrouw met een hart van goud, een veilige haven voor de zoon die dit zo hard nodig heeft en heel veel liefde en expertise om te geven.  Elk uur dat zij op haar factuur schreef heeft ze daadwerkelijk gewerkt. Om niet te spreken over de uren die ze niet geschreven heeft, maar uit liefde voor de zoon en ons kosteloos gedraaid heeft.

Ikzelf krijg een huisbezoek om uit te leggen hoe ik wél verantwoord om kan gaan met het budget. Want zorg inkopen voor je ernstig zieke kind terwijl je zelf bijna het loodje legt is heel onverantwoordelijk. De nachten plafonddienst draaien van de zorgen hierom buiten beschouwing gelaten.

Tja, die regeltjes. Er wordt niet gekeken naar een individuele situatie en maatwerk geleverd, maar er wordt gekeken naar de algemene regels. Gelukkig als je geen vandalisme hebt gepleegd tijdens oud & nieuw in Wijk bij Duurstede je een bonus krijgt, maar als je vanuit je hart gehandeld hebt met het helpen van een gezin dat bijna onderdoor gaat aan alle zorg, je afgestraft wordt met een onderzoek en nog meer papierwerk. Chapeau bureaucratisch Nederland, chapeau!

Deze blog online zetten kostte me flink wat moed. Ik ben altijd dankbaar geweest voor de voorzieningen die Nederland biedt. Ik vind dat het geen recht, maar een voorrecht is. Zelfs toen het hele PGB-systeem op de schop ging en er een verschuiving plaatsvond, bleef ik dit met een open houding tegemoet treden. Mede hierdoor heb ik weinig problemen ervaren. Echter in de kwestie van de aanvraag meerzorg voelt het alsof ons onrecht wordt aangedaan. Het telefoontje van gisteren was de spreekwoordelijke druppel en mijn open, begripvolle houding was ver te zoeken. Ik vind het vervelend dat ik het gesprek heb laten leiden door mijn emoties. Graag kom ik in contact met mensen die dingen herkennen vanuit bovenstaande blog en mij hierin advies, raad en/of handvatten kunnen bieden. Dat kan in een reactie onder deze blog, maar mag ook door een mailtje te sturen naar veerleheijkoop@gmail.com.